
Het parkje in de verpauperde wijk Lakkos (Heraklion) ademde enkel tristesse uit. Gebrandmerkt als een ontmoetingsplaats voor druggebruikers, bleven wandelaars en spelende kinderen er weg en besloot het stadsbestuur het niet verder te onderhouden.
De jarenlange verwaarlozing en de desinteresse van het publiek waren een doorn in het oog van een groep plaatselijke kunstenaars, die besloten de wijk en het park nieuw leven in te blazen. Kleurrijke muurschilderingen moesten de troosteloze omgeving opvrolijken.
Grom nam alvast de grootste muur in beslag en transformeerde een in onbruik geraakte fontein in een huiselijke schoorsteen.

Het project werd een succes toen meerdere kunstenaars zich aanmeldden en zich met geestdrift, verf en kwast op de muren uitleefden. Grom, een verwoed verzamelaar van robotten, zag een resterend stuk muur en zijn kans schoon om zijn voorliefde te vereeuwigen. “Lakkou de robot” zag aldus het daglicht.

Lakkou werd de mascotte van het park, de kinderen waren er dol op. Ook de plaatselijke brouwer viel voor zijn charmes en voorzag een nieuw bier, dat uitsluitend voor de Chinese markt bestemd was, van een Lakkou-label.

Door de nieuwe impulsen, werd de wijk stilaan een nieuw Belleville. Artiesten kwamen en gingen, of bleven. Culturen mengden zich, kunst en vermaak verbroederden, evenementen volgden, toeristen stroomden toe, eet- en drankgelegenheden werden geopend. Lakkos werd een van the most up and coming districten van de stad.
Dit alles bleef niet onopgemerkt. Het stadsbestuur besloot een duit in het zakje te doen en nam zich voor, de omgeving te verfraaien. Te starten met het parkje. Bomen werden geveld, gras gezaaid, speeltuigen geplaatst, drugrommel opgekuist, toezicht verscherpt, gebouwen gesloopt.
Ook het gebouw waar Lakkou een onderkomen had gevonden. Lakkou is met de grond gelijkgemaakt, maar hij leeft voort in Chinese handen. Goodbye Lakkou!