Een van de allerleukste tradities op Kreta is het midzomerfestival, de Klidonas. Volgens de overlevering gaan de ongehuwde meisjes en vrouwen van het dorp naar de fontein aan de vooravond van Sint-Jan (23 juni) en een van hen vult een pot met water. Het water wordt vervolgens in een kruik gegoten en elk meisje dropt er een “rizikari” in, een persoonlijke geluksbrenger. De kruik wordt bedekt met een rood doek, gebonden met een touwtje, en gedurende de nacht op het dorpsplein achtergelaten “om te baden in het sterrenlicht”.
Tegelijkertijd verzamelen de mannen en jongens van het dorp de gedroogde 1-mei-kransen en ontsteken een vreugdevuur, vrolijk begeleid door muziek en dans. De mannen springen drie maal door het vuur, terwijl zij wensen van geluk en gezondheid uitspreken. Na dit ritueel zouden de meisjes in een droom een visioen krijgen over hun toekomstige geliefde.
Opdat de magie van de sterren niet verloren zou gaan, wordt de kruik de volgende ochtend voor zonsopgang in huis genomen. In de namiddag verzamelen de vrouwen zich met hun familie en vrienden, de kruik wordt geopend en elk neemt willekeurig een geluksbrenger uit de pot. Een Kretenzische muzikant en een tekstdichter zijn ook van de partij, en telkens een geluksbrenger wordt bovengehaald, spreekt de dichter een “mantinada” uit, een kort gedichtje waarin een toekomstvoorspelling vervat zit. Omdat een mantinada altijd dubbelzinnig is en niemand weet aan welke vrouw de geluksbrenger toebehoort, zal er in het publiek een levendige discussie ontstaan over de betekenis ervan.
Nadat alle objecten uit de kruik zijn verwijderd, wordt het water in een ruime put gegoten, die met het rode doek wordt bedekt. De huwbare jongens en meisjes steken vervolgens hun hoofd onder het doek en de meisjes laten één voor één hun geluksbrenger in de put vallen. In de gevormde golven zien zij nu het gelaat van de persoon met wie zij uiteindelijk zullen trouwen.